De basis voor de historische vereniging Stad en Ambt Doesborgh werd gelegd in de Tweede Wereldoorlog, in 1943. Opperwachtmeester Westera begon in dat jaar met het illegaal verzamelen van historisch waardevol materiaal. Daarmee legde Westera de basis voor de latere museumcollectie van Streekmuseum De Roode Tooren.
Werkgebied
Bij de officiële oprichting in 1950 werd het oude Richterambt Doesborgh (in 1340 Doesburg, Angerlo, Giesbeek, Lathum, Drempt, Hoog-Keppel, Laag-Keppel, Hummelo en Olburgen) vastgelegd als het werkgebied van de vereniging. Vanwege de beperkte ruimte die beschikbaar was - een kleine oudheidkamer op de zolder van het Doesburgse stadhuis - bestond de in feite alleen op papier.
Eigen publicaties
Dat veranderde in 1969. In dat jaar kon de historische verzameling worden tentoongesteld in een benedenruimte van het Doesburgse stadhuis. Er ontstond nieuw enthousiasme, er kwam meer tijd en energie voor andere activiteiten van de vereniging en de verzameling werd uitgebreid. Er werden tentoonstellingen georganiseerd, lezingen en excursies gehouden en werkgroepen opgericht. Er kwamen eigen publicaties en het aantal leden nam toe. Omdat ook de museumverzameling groeide werd de noodzaak voor een nieuw onderkomen snel groter.
Roode Tooren
Dat nieuwe onderkomen kwam in 1977, in het voormalige politiebureau van Doesburg. Deze ontwikkeling gaf opnieuw impulsen aan de activiteiten van Stad en Ambt Doesborgh. Nadat in 1987 het aangrenzende pand aan het museum kon worden toegevoegd ontstond het complex aan de Roggestraat 9-11-13: het huidige Streekmuseum De Roode Tooren.
Educatie
De vereniging organiseert educatieve activiteiten waaronder een jaarlijks project in samenwerking met de Stichting het Doesburgs Carillon.